Blog

Het recht om te weten van wie je afstamt

De meeste kinderen worden geboren doordat een papa en een mama samen een kindje op de wereld zetten. Het is dan duidelijk wie de biologische ouders zijn. Maar het kan ook zijn dat je geadopteerd bent, geboren via een zaaddonor of simpelweg je vader en/of moeder nog nooit hebt gezien. Je hebt als kind dan het recht op afstammingskennis. Dit betekent dat je het recht hebt om te weten wie je biologische ouders zijn. 

De meeste kinderen worden geboren doordat een papa en een mama samen een kindje op de wereld zetten. Het is dan duidelijk wie de biologische ouders zijn. ‘Biologische ouders’ zijn de ouders die door middel van gemeenschap het kind ter wereld hebben gebracht. Niet alle kinderen worden op deze manier geboren. Denk bijvoorbeeld aan adoptie. Dan wordt een kind geadopteerd door twee nieuwe ouders, die niet de biologische ouders zijn. Daarnaast willen steeds meer lesbische stellen ook graag samen een kindje opvoeden. Zij kunnen gebruiken maken van kunstmatige voortplantingstechnieken, zoals IVF. De eicel van de vrouw wordt dan kunstmatig bevrucht met de zaadcel van een mannelijke donor. De embryo wordt daarna teruggeplaatst in een baarmoeder van een vrouw. In deze gevallen kunnen drie mensen samen zelfs een kindje maken! Zo lang de ouders open en eerlijk tegen een kind blijven over wie de ouders zijn, is er niks aan de hand. Maar in veel gevallen is het niet duidelijk wie de echte papa en mama zijn. 

Als kind heb je in principe recht om te weten wie je echte, biologische ouders zijn. Dit heet het recht op afstammingskennis. Al in de jaren 90 heeft de Nederlandse rechter bepaalt dat een kind in Nederland recht heeft om te weten wie zijn biologische ouders zijn. Dit staat ook in het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Artikel 7 daarvan zegt dat het kind ‘voor zover mogelijk’ het recht heeft zijn of haar ouders te kennen en door hen te worden verzorgd. Dit betekent alleen niet dat het recht op afstammingskennis altijd voor gaat en dat andere rechten hiervoor moeten wijken. Soms zal het recht op afstammingskennis moeten wijken voor bijvoorbeeld het recht op privacy van de biologische ouder. Daarnaast kan het natuurlijk ook zo zijn dat de biologische ouder onvindbaar is of het niet duidelijk is wie de vader of moeder is.

Voor kinderen die zijn geboren middels een anonieme zaaddonor is in 2004 zekerheid geschept of je wel of niet recht hebt op kennis over je biologische ouders. Sinds 2004 bestaat de Wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting. Dit klinkt misschien lastig, maar het betekent eigenlijk dat de biologische vader niet meer anoniem kan doneren. Kinderen kunnen er op deze manier altijd achter komen wie hun echte papa is. Vanaf 12 jaar kan je informatie krijgen over fysieke kenmerken en sociale gegevens, zoals leeftijd en haarkleur. Vanaf 16 jaar kan je ook de identificerende persoonsgegevens krijgen, zoals de naam en adres. Deze wet geldt dus alleen voor donorkinderen en niet voor bijvoorbeeld kinderen die geadopteerd zijn. Voor hen zal de rechter in ieder apart geval moeten kijken of het recht op afstammingskennis voorgaat op tegenstrijdige rechten van anderen.