Blog

Kinderen aan het woord: Het recht om gehoord te worden door de rechter

Het Kinderhoorrecht

In het personen- en familierecht is het uitgangspunt in zaken waarbij kinderen betrokken zijn dat het kind van twaalf jaar en ouder in de gelegenheid wordt gesteld om gehoord te worden door de rechter, op enkele uitzonderingen na. Deze hoor regeling staat in de wet in artikel 809 Rechtsvordering en geeft het kind het recht om zijn mening kenbaar te maken. Het betekent niet dat de minderjarige van deze gelegenheid gebruik moet maken, kinderen kunnen hier ook vanaf zien. Voor kinderen jonger dan twaalf jaar bepaalt artikel 809 Rechtsvordering dat zij in de gelegenheid gesteld kunnen worden door de rechter om hun mening kenbaar te maken. Het kind kan hier ook zelf om vragen. De rechter beslist dan of hij het kind wel of niet zal horen. De rechter is niet verplicht om kinderen onder de twaalf jaar te horen. Wanneer de rechter besluit een kind onder de twaalf jaar niet te horen hoeft hij zijn beslissing om het kind niet te horen in beginsel niet uit te leggen.

Hoe gaat het horen van het kind door de rechter in de praktijk?

Het kinderhoorrecht is ingevoerd om kinderen rechtsbescherming te bieden en het kind de mogelijkheid te bieden om zijn of haar mening te geven. Alle kinderen met de leeftijd van 12 jaar of ouder krijgen automatisch een uitnodiging voor een zogenoemd ‘kindgesprek’ met de rechter op de rechtbank, bijvoorbeeld in het kader van de echtscheiding. Zo’n gesprek duurt afhankelijk van de zaak ongeveer vijf tot vijftien minuten. In de brief staat ook aangegeven dat het kind ervoor kan kiezen om alleen schriftelijk te reageren. Uit onderzoek is gebleken dat het horen van kinderen jonger dan 12 jaar in de praktijk vrijwel niet gebeurt en dat vrij strikt wordt vastgehouden aan de leeftijdsgrens van twaalf jaar om door de rechter gehoord te worden. Vanuit de literatuur wordt er al enkele jaren aangestuurd op een verlaging van de leeftijdsgrens naar bijvoorbeeld acht jaar. Verschillende rechtbanken hebben dit al eens uitgeprobeerd maar tot een definitieve verandering van de leeftijdsgrens is het nog niet gekomen.

Voorbeeld casus  

Twee ouders en hun tienjarige dochter waren betrokken in een rechtszaak waarbij een regeling voor de zorg van de kinderen werd bepaald door de rechtbank. Beide ouders waren het niet eens met deze beslissing en gingen in beroep bij het Gerechtshof in Amsterdam. Op 15 december 2020 gaf het Hof zijn beslissing, waarin het ook de vraag behandelde of een tienjarig kind gehoord zou moeten worden.

Tijdens de procedure vertelde de vader dat zijn dochter zelf had gevraagd om door het hof gehoord te worden. De rechter legt in zijn uitspraak uit waarom er toch besloten is om het meisje niet te horen: “Volgens de wet moet de rechter kinderen van twaalf jaar of ouder om hun mening vragen bij zaken over de zorgregeling. Soms mogen ook jongere kinderen hun mening geven. Maar in dit geval dacht het hof dat het geen goed idee was om het kind te horen. Ze waren bezorgd dat het kind meer stress zou ervaren door de ruzie tussen haar ouders als ze moest getuigen. Het is al moeilijk en waarschijnlijk ook verdrietig voor het kind met ouders die het zo sterk oneens zijn. De rechter moet dan een beslissing nemen, en de ouders moeten die beslissing volgen. De vader zei dat zijn dochter geen behoefte meer had aan hulp van instanties en geen vertrouwen meer had in volwassenen. De rechter dacht niet dat een kindgesprek hier verandering in zou brengen. Wel zou het goed zijn als het meisje af en toe zou praten met een onpartijdig persoon. Ze zou zelf de website van Villa Pinedo kunnen bezoeken of de Kindertelefoon kunnen bellen. Haar ouders kunnen ook een Kindbehartiger inschakelen, iemand die met het meisje praat over wat haar bezighoudt.”

De uitspraak is terug te vinden onder het kenmerk ECLI:NL:RBNNE:2018:3537.

No Comments Yet


Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *